Het Bijbels Museum was tot juni 2020 gevestigd in het Cromhouthuis, één van Amsterdams mooiste 17de-eeuwse grachtenhuizen, gebouwd door de beroemde architect Philips Vingboons. Het grachtenpand behoorde ooit tot de welgestelde verzamelaarsfamilie Cromhout.
Oorsprong van het Bijbels Museum
In 1975 nam het Bijbels Museum zijn intrek in het Cromhouthuis met de door dominee Leendert Schouten honderdvijftig jaar eerder opgebouwde collectie: zijn beroemde modellen van de Tabernakel en de Tempelberg/Haram al-Sharif en zijn maquettes, archeologie en Egyptische artefacten. Het Bijbels Museum organiseerde jarenlang tentoonstellingen in het pand rond de Bijbel en de collectie belangwekkend protestants erfgoed.
Nieuwe koers
Ingegeven door een subsidiestop in 2017 besloot het Bijbels Museum zijn koers te herzien: het museum maakt (inmiddels en nog steeds) tentoonstellingen met inspirerende verhalen rond bijbelse thema’s. Ze zijn niet meer te zien in het Cromhouthuis maar bij presentatiepartners door heel Nederland: in musea, grote kerken en andere openbare locaties waarmee samengewerkt wordt. De laatste tentoonstelling van het Bijbels Museum in het Cromhouthuis was Kees de Kort | Ikonen (tot juni 2020). Het kantoor van het Bijbels Museum is sinds zomer 2020 gevestigd in de Corvershof Amsterdam.
De collectie – die tot zomer 2020 in het Cromhouthuis getoond werd – is overgedragen aan andere musea, zoals het Rijksmuseum voor Christelijke kunst Museum Catharijneconvent, het Rijksmuseum van Oudheden, het Nederlands Openluchtmuseum, het Nationaal Onderwijsmuseum en het Joods Historisch Museum. Het Cromhouthuis is verkocht aan Stadsherstel Amsterdam, gerenoveerd en sinds 2022 alweer deels publiek toegankelijk.